MOSA

MOSA:

De Keramische industrie

Maastrichts aardewerk is een begrip, ook al wordt er sinds de sluiting van de laatste aardewerkfabriek geen kopje of schoteltje meer geproduceerd in deze stad. De naam is te danken aan de lange duur, de omvang, de variatie en de kwaliteit van productie in Maastricht. Binnen de directie van de Sphinx ontstond onenigheid. In 1883 leidde dat tot de oprichting van een eigen fabriek in Meerssen door een van de zonen van Petrus Regout, de latere Mosa, richtte zich op de productie van porselein en was daardoor aanvankelijk geen concurrent van de Sphinx. Het was Hubert Gérard Louis, vijfde zoon van Petrus Regout die samen met zijn zoon Louis in 1883 aan de Meerssenerweg in Meerssen met de productie van serviezen en muurtegels begon onder de naam: 'Firma Louis Regout en Zoon' en begon met imitatie Chinees porselein dat zelfs gemerkt was met pseudo-Chinese tekens. Vanaf de start gebruikte het bedrijf de familienaam Regout als logo. Dat werd al snel veranderd in Mosa. In 1920 wordt Meerssen door Maastricht geannexeerd, waardoor de fabriek op Maastrichts grondgebied komt te liggen. Nederland kent veel verzamelaars van Mosa serviezen. 

Louis Hubert Willem Regout (1861-1915)
Louis Hubert Willem Regout, industrieel, kamerlid en
 
minister (Maastricht 27-10-1861 - Rome 27-10-1915), was de zoon van Hubert Gerard Louis Regout, industrieel en kamerlid, en Theresia Hubertina Berger. L.H.W. Regout huwde op 7-5-1888 met Wilhelmina Joanna Everard, uit welk huwelijk 4 zoons en 5 dochters werden geboren. 
Louis Regout deed, na het St. Willebrordusgymnasium te Katwijk a/d Rijn te hebben doorlopen, in 1878 aan het stedelijk 
gymnasium te Maastricht eindexamen. Aan de Universiteit van Leuven behaalde hij in 1883 het diploma van civiel-ingenieur. Hij begon zijn loopbaan aan de door zijn grootvader gestichte ceramische Sfinxfabriek in Maastricht. Met zijn vader stichtte hij in 1883 de Porceleinfabriek Mosa, waarvan hij de eerste directeur werd. Hoewel Regout geheel zijn leven industrieel bleef, ging hij in de politiek zijn voornaamste taak zien. In de Eerste Wereldoorlog was hij gezant bij de Paus, maar overleed al kort na zijn benoeming in Rome.
 - (www.inghist.nl)

In 1888 neemt Louis Regout naast de productie van porselein ook de fabricage van muurtegels ter hand en werd de bedrijfsnaam Mosa Porselein aangenomen waaronder de fabriek haar bekendheid kreeg. De bemoeienis van zoon Louis met dit bedrijf is groter dan die van zijn vader Louis die nog altijd directielid is van de CV Petrus Regout en Co, producenten van aardewerk, kristal en glas.

Uit historische bronnen bij de gemeente Meerssen (op wiens grondgebied de Mosa lag) blijkt dat het bedrijf in 1890 trotse eigenaar was van een stoommachine van 70 paardenkrachten en twee stoomketels. In het jaarverslag van Mosa over het jaar 1891 wordt melding gemaakt van het aantal personeelsleden: 12 jongens, 12 mannen en 95 meisjes. Een jaar later steeg het aantal mannen tot 150. 

Over de gang van zaken in de fabriek is weinig bekend tot even na 1900, toen een jonge beambte het dagboek bijhield. Hij schreef over het dagelijks leven op kantoor: Bedrukt briefpapier is hier niet aanwezig. Dat wordt blanco ingekocht en naar behoefte per pak van 500 vel naar de drukker gebracht. Bedrukte enveloppen zijn er evenmin. Elke enveloppe wordt door de chef zelf van het stempel der afdeling voorzien. Schrijfmachines hebben we ook nog niet. Alle brieven worden met kopieerinkt geschreven en met behulp van een pers in speciale boeken afgedrukt. Voor de telefonische verbinding met de stad en daarbuiten beschikken we over slechts een telefoontoestel, bij de portier. Als de fabriek wordt opgebeld komt hij aan de spreekbuis en moet je in looppas naar hem toe. Vaak moet je tot de ontdekking komen, dat de verbinding intussen verbroken is.

In 1905 verschafte Mosa werk aan 480 mannen en vrouwen uit Maastricht en directe omgeving. De oorspronkelijke porseleinfabriek was inmiddels in 1902 al uitgebreid met de glasfabriek Stella, die later in andere handen zouden overgaan. 

De Maastrichtse plateelbakkerij/fabricage had de handen vol aan het blauw Chinees, dat technisch steeds geraffineerder werd. In de jaren van het 'blauw chinees' werd alleen porselein gemaakt, de plateel fabricage was ongeveer vanaf de jaren 20-30 en met geheel andere decors.

Van het Chinese motief naar het oerhollandse zee-, strand- en boerentafereel was nog maar een kleine stap en die zetten de Mosa dan ook nog voor de eerste wereldoorlog. 

Toen de eerste wereldoorlog uitbrak puilden de magazijnen van de tegelfabriek uit. In Nederland geloofde bijna iedereen dat de vijandelijkheden kort zouden duren, maar Louis Regout van Mosa dacht daar anders over. Er moest rekening mee worden gehouden dat de oorlog wel eens lang kon gaan duren, maar dat mocht voor de productie van Mosa geen hindernis vormen. 'Gewoon doordraaien', beval Louis III (die vanaf 1 januari 1916 directeur was van porselein- en muurtegelfabriek Mosa en glasfabriek Stella, en dat gebeurde dan ook tot 1917, toen de aanvoer van grondstoffen uit Groot-Brittannië en de verzending over zee onmogelijk werd gemaakt als gevolg van voor de duikbotenoorlog. Toen de tegelovens door gebrek aan brandstof stilvielen kon de verkoop van tegels worden voortgezet dankzij de hoog opgelopen voorraden. De porseleinovens werden tegelijkertijd met kunst en vliegwerk aan het branden gehouden om de grote vraag naar elektrotechnische artikelen van porselein te kunnen bijvullen die Mosa tijdens de oorlog met groot succes in productie had genomen.

In de periode tussen de wereldoorlogen waren er onbeperkte mogelijkheden voor Mosa. Het blauw Chinees moest rond 1925 het veld ruimen voor deftige Engelse theeserviezen. 

De slechte gang van zaken in de glasindustrie leidde ertoe dat de glasfabrieken van Stella en de glasafdeling van Sphinx, die vanaf 1920 met verlies hadden gedraaid, in 1925 gefuseerd werden in de NV Kristalunie, waarin Mosa en Sphinx ieder voor de helft deelnamen.

In 1929 kwam bij de Mosa de eerste tunneloven ter vervanging van de oude rondovens in gebruik. In 1936 en 1937 kwamen er daar nog drie bij.

De Maastrichtse fabriek begon ook barokke serviezen te vervaardigen en in 1932 werd ook begonnen met de aardewerkproductie om de verminderde vraag naar porselein op te vangen. De muurtegelfabriek liep als nooit tevoren en de crisis van de jaren dertig doorstond Mosa dan ook redelijk. 

Aan de meer normale verhoudingen, die zich rond 1939 afspeelden, maakt de Tweede wereldoorlog opnieuw een einde. Mosa lag enige tijd stil omdat er op alle grondstoffen, voorraden, gebouwen en machines beslag was gelegd, terwijl het personeel veelal in Duitsland gedwongen te werk was gesteld. Omstreeks 1940 rustte de Mosa-collectie op drie pijlers: losse artikelen van porselein, serviezen vaan plateelaardewewerk en tegels.  Vlak voor de bevrijding van de Limburgse hoofdstad Maastricht werd Mosa ook nog eens getroffen door een zwaar bombardement, waardoor het dagelijkse leven in de fabriek pas einde 1945 weer zijn draai vond. Gebrek aan grond- en brandstoffen verlamden de productie, maar de Maastrichtse keramische industrie weet zich dankzij technische vernieuwingen snel te herstellen en in 1949 wordt het productiepeil van 1939 al weer bereikt.

Vanaf 1950 ontwerpt keramisch vormgever Edmond Bellefroid, die afkomstig was van aardewerkfabriek De Sphinx, voor Mosa zijn pastelkleurige plastisch gevormde servies Norma en mokkaservies Rolande. Bellefroid vond dat de schoonheid van het voorwerp door zijn vorm wordt bepaald en niet door versiering aan te brengen. Het helder witte servies Wilma werd in 1954 op de Triënnale in Milaan met de gouden medaille bekroond en door de Stichting Goed Wonen aangeprezen, maar door de meeste detaillisten niet gewaardeerd. De firma besloot ze dan ook via kunstnijverheidszaken en interieurwinkels te distribueren. De vraag naar gedecoreerd serviesgoed dwong echter tot concessies en Bellefroid ontwierp toch enige decoraties, naast nieuwe serviezen als Simone (1955), Noblesse (1957), Yvonne (1959) en Aristo (1965).

Naor Bove

Moderniserings- en uitbreidingsplannen worden ter hand genomen en Mosa legt zich toe op de ontwikkeling van vloertegels met een gunstig resultaat. Dit leidt ertoe dat op 30 december 1957 in de wijk Limmel Maastricht de nieuwgebouwde vloertegelfabriek plechtig kan worden ingezegend.

In 1958 kwam ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan een stapelbaar servies voor hotelporselein op de markt. 

Mosa bracht een, door Bellefroid ontworpen, kunststof servies Mosalite, van 1961 tot 1962, op de markt. Edmond Bellefroid ontwierp in 1965 ook het servies dat werd aangeboden ter gelegenheid van het huwelijk van de toen prinses Beatrix en Claus. In 2002 heeft Mosa weer een servies ontworpen ter gelegenheid van het huwelijk van prins Willem-Alexander en Maxima.

Ondanks malaise op aardewerkmarkt komt Mosa ook nog met het zeer gewaardeerde multifunctionele servies Fantasy. 

In 1964 begon Mosa met een collectie reliëftegels die door Kho Liang le en een groep eigen ontwerpers was ontwikkeld. Deze serie van twaalf, op basis van cirkels en vierkanten, werd door Kho Liang le gebruikt bij de inrichting van Schiphol. 

Na de tijd van Bellefroid zou het teamwork van MOSA DESIGN TEAM van belang worden. Lden van het design team die operationeel waren vanaf 1966 en in de publiciteit werden vermeld sinds 1969 waren Jef Schijns, Ton Johannesma, Harry Pilet, Camille Zeguers, Ger van Vkliet en Kees Luesen. De decorontwerpers werkte nauw samen. Succesvol was de tegelserie onder de naam Chopin (1977) met strooidecor van Jef Schijns. Rond 1979 ontwikkelt Piet Stockmans voor Mosa de Normaset, een gesegmenteerde set schotels voor zorginstellingen.

Vanaf 1969 richtte Mosa zich op het hotelporselein, eigenlijk vooral omdat De Sphinx zich uit deze branche teruggetrokken had. Bij hotel porselein is het eisenpakket toch anders als bij huishoudelijk porselein: het moet stapelbaar zijn, stabiel, vaatwasmachine-bestendig en een seriematige opbouw hebben. Het hotelporselein van Mosa werd een uitgekiend systeem van op elkaar aansluitende vormen, zoals de systemen Gastronorm (1970) en Sonja (1977) van de ontwerper Stockmans, die alle een commercieel succes werden. 

In de jaren zeventig vonden grote veranderingen plaats bij Mosa. In korte tijd ging het bedrijf tweemaal in andere handen over. De eerste keer gebeurde dat in 1972, toen de laatste Regout afscheid nam als directeur en Mosaonderdeel werd van de Thyssen Bornemisa Group. Drie jaar later, in 1975, werd Mosa door de bank- en handelsonderneming Thyssen Bornemisza verkocht aan DSM, die het bedrijf toevoegt aan een toen reeds opgerichte bouwdivisie. Na de samenvoeging van DSM is het Teewen vloerassortiment aan Mosa tegelcollecties toegevoegd. Vanaf dat moment kon in Maastricht met ijver aan een nieuwe toekomst worden gewerkt.

 

Onderstaand artikel is uit 'de Limburger' op 23 oktober 2004:

' Voor de broers Jeu, Frens en Sjeng Gijsen was de Mosa dé fabriek.Zesentwintig, twintig en vijfentwintig jaar hadden ze gewerkt in ‘hun’ porseleinfabriek aan de Meerssenerweg. Het was zwaar geweest, zo blikten de drie gepensioneerde Maastrichtse broers in 1983, bij gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Mosa, terug. Maar de sfeer was altijd geweldig. Het was één grote familie. Louis III, derde generatie Regout bij de Mosa, kende de werknemers in de jaren vijftig nog bij hun voor- én achternaam. Net zoals zijn vader Louis II Regout en zijn overgrootvader Louis I, die de fabriek in 1883 had opgericht. Fabrieken als de Sphinx, KNP, en ENCI kenden dat familiegevoel ook. De patrons in de Maastrichtse aardewerkbedrijven kwamen tot na de Tweede Wereldoorlog doorgaans uit de oprichtersfamilies. Zij volgden hun vaders op, zoals zoons hun vaders en neven hun ooms opvolgden. Als je als jongeman bij de ENCI of de Sphinx ging werken, deed je dat voor je leven. De ENCI stimuleerde dat ook nog eens door lage hypotheektarieven aan te bieden. In het gedenkboek van de 100-jarige Mosa vertelde Jeu Gijsen hoe hij in 1937 begon op de glasfabriek, nu BSN, voor dertig cent per dag. „Voor dat geld moest ik ook nog twee avonden per week in de tekenzaal van de fabriek werken. Op weigering stond een boete van een kwartje, zodat menigeen dagen maakte voor een salaris van een stuiver. Ongelooflijk, maar waar.” Jeu greep zijn kans toen hij bij de Mosa terecht kwam. „Je ontving daar tenminste een loon waarvan je met het gezin rond kon komen.” In de jaren dertig van de vorige eeuw, toen Jeu op de Mosa begon, ging het heel slecht met de keramische industrie. De economische crisis hakte er zwaar in. Exportmarkten vielen weg, de binnenlandse consumptie liep terug. Het aantal arbeidsplaatsen in de Maastrichtse glas- en aardewerkbedrijven daalde van 6111 in 1929 naar 3568 in 1938'.

 Intussen viert Mosa in 1983 haar 100-jarig bestaansfeest en wordt het predikaat Koninklijk, verleend door Hare Majesteit Koningin Beatrix, destijds feestelijk overgedragen door de Gouverneur van Limburg aan de toenmalige directie. In 1984 stoot DSM die bouwdivisie af en verkocht Mosa aan het Engelse bedrijf Redland dat zich in 1985 als geïnteresseerde koper aandient.

Mosa en haar zusterbedrijf Teewen uit Tegelen worden ondergebracht in de holding Redland Nederland, samen met de Verenigde Brederobedrijven en Braas.
Redland kondigt in 1990 plotseling aan Mosa te willen verkopen.
Op 16 januari 1991 wordt Mosa opgenomen in de holding van France Alfa, die de hoofdzetel heeft in Parijs.

Na een zestal jaren komt Mosa in mei 1997 weer in Nederlandse handen. Het huidige consortium bestaat uit drie Nederlandse investeringsmaatschappijen: Holland Venture BV, TVI investments BV en Wagram Equity Partners BV. Deze drie nemen 90% van het aandelenpakket over terwijl de overige 10% in handen blijft van de vorige eigenaar. Sindsdien gaat het gelukkig weer bergopwaarts met de tegelmaker. De beloning daarvoor volgde in 2005 toen Mosa in de deftige stal werd opgenomen van Egeria, de maatschappij die een deel van het vermogen van de familie Brenninkmeyer beheert, de eigenaren van C&A. Arthur Thomaes is inmiddels 13 jaar directeur bij het bedrijf en als zodanig de inspirator en wegbereider van het nieuwe en herboren Mosa.

De baas kan trots de boeken over de afgelopen jaren opslaan, hoe hard de crisis ook in de bouw heeft toegeslagen. 2008 liet een recordwinst van 16,9 miljoen euro zien op een omzet van 120 miljoen. Het jaar daarop volgde met een winst van 16,4 miljoen op een omzet van eveneens 120 miljoen. In 2010 daalde het resultaat tot 15,1 miljoen op een omzet van circa 117 miljoen. Dit jaar neemt de omzet weer toe, maar loopt de winst naar verwachting wel nog wat verder terug. Maar geen nood, bezweert Thomas. Dat komt omdat Mosa alweer aan het voorsorteren is op groei en investeert. Die groei moet komen uit het buitenland nu in Nederland de rek eruit is. Mosa is hier al marktleider in een krimpende markt. Het bedrijf heeft daarom de afdeling export verdubbeld tot 50 man. De ambities zijn groot. In vijf tot tien jaar moet dankzij die export omzet en rendement van Mosa zijn verdubbeld.

De Maastrichtenaren hebben wat dat betreft sowieso een naam hoog te houden. Ook nu al is Mosa niet de grootste, maar wel de best renderende tegelfabrikant van Europa. Een gevolg van de door Thomaes in gang gezette strategie, waarbij Mosa alleen nog fraai vorm gegeven en technologisch hoogwaardige tegels maakt voor de top van de markt. Dat klinkt eenvoudig, maar vergt veel geduld, kennis en vakmanschap, maar ook de bereidheid om te investeren in innovatie. Mosa Systems illustreert dat. Deze afdeling is twee jaar geleden met tien werknemers van start gegaan en zoekt nieuwe toepassingen voor tegels.

Dat heeft inmiddels geresulteerd in tegels die ook gebruikt kunnen worden als gevelbekleding. Mosa kan er desgewenst diverse eigenschappen aan toevoegen: isolerend, graffiti bestendig of onderhoudvriendelijk. Zelfs tegels die stikstof uit de lucht halen, behoren al tot de mogelijkheden. Ook speuren de onderzoekers naar mogelijkheden om tegels voor buitenbestrating te maken en prefabtegels te ontwikkelen nu tegelzetters steeds schaarser worden. Echte kaskrakers heeft Mosa daarmee nog niet uitgevonden. Mosa Facades is nu nog maar goed voor een procent van de omzet, maar Thomaes voorspelt dat dit zal groeien tot zeker tien procent. Dat moet ook wel, wil Mosa die zelfopgelegde steile groeicurve volhouden.

Thomaes spreekt zoals elke manager graag in verheven bewoordingen over zijn bedrijf. Zo heeft hij het over de 3d-wereld van Mosa. Dat heeft uiteraard niets met driedimensionale tegels te maken, maar wel met de drie d’s van Dutch, Design en Duurzaamheid. De drie letters omvatten de moderne geloofsbelijdenis van de onderneming. Dutch staat voor Nederland en de ambitie van Mosa om uitsluitend in Maastricht tegels te produceren. Lageloonlanden, daar moet Thomaes niks van hebben. De kwaliteit en uitstraling die Mosa nastreeft, vereist verankering van de productie in een technologisch hoogwaardige omgeving. Dat is geen blabla. Mosa is vandaag de dag met 620 werknemers de grootste industriële werkgever van Maastricht. Vuil en zwaar werk zijn vrijwel verleden tijd. Procesoperators beheren complexe productielijnen. De d van design behoeft geen verder betoog.

De d van duurzaamheid wel. Mosa heeft zich bekend tot de cradle to cradle-filosofie. Tegels worden al gemaakt van zuivere grondstoffen, bij de productie wordt voor veertig procent hernieuwbare energie gebruikt. Ook de water- en afvalkringloop is gesloten. Die verbondenheid met natuur en omgeving zal ook terug te zien zijn in de plannen om vanaf 2012 of 2013 fasegewijs voor in totaal dertig miljoen euro een nieuwe tegelfabriek te bouwen in Maastricht. Die plannen verdwenen in 2008 in de ijskast toen de kredietcrisis even de tegels deed rammelen bij Mosa, maar nu zijn ze weer op tafel gelegd. Dat moet ook wel, wil hij in zijn opzet slagen om van Mosa het icoon van tegelminnend Europa te maken.

Naor Bove

Filmpje geüpload op 21 november 2011

Deze film geeft een indruk hoe in het verleden porselein werd gemaakt.

Tevens laat men zien hoe porselein werd bedrukt.

Deze techniek wordt tot op heden nog toegepast, Maastricht Porselein

Filmpje geüpload op 10 september 20113

Gepubliceerd door Breur Henket.

Maastricht Porselein

In 1996 werd de onderneming Mosa Porselein afgesplitst van Koninklijke Mosa dat keramische tegels produceert en financieel gezond is. Beide bedrijven opereren los van elkaar. De porseleinactiviteiten van Koninklijke Mosa BV worden op 10 mei 1996 overgedragen aan de aandeelhouders van de nieuw opgerichte, zelfstandige, onderneming "Mosa Porselein NV" gevestigd in Maastricht. In 2004 is deze onderneming, na een turbulente periode, doorgestart onder de naam Maastricht Porselein. Maastricht porselein is het enige overgebleven bedrijf in Nederland en België dat op industriële schaal serviesgoed en porselein vervaardigd. Het serviesgoed van Maastricht Porselein wordt zeer veel gebruikt in de horeca, bedrijven en zorgsector.
Met de overname van de activiteiten van het voormalige Mosa Porselein N.V. door Maastricht Porselein, is ook de productie van gedecoreerd porselein voor Maastricht behouden. Daarmee zijn tevens 28 arbeidsplaatsen (van de 130) veiliggesteld en blijft het gedecoreerde porselein een ambachtelijk Nederlands kwaliteitsproduct.

 

Keramiektentoonstelling Lange Lijs terug in Maastricht

Foto's boven en beneden door John Kerkhofs van de tentoonstelling die momenteel wordt gepresenteerd (tot 31 maart 2023) in Centre Ceramique op Plein 1992 te Maastricht.

Op de website van Centre Ceramique staat het volgende te lezen (lees verder onder de foto's):

 

Centre Céramique toont de verzameling Lange Lijs serviezen van Irene Keim

Vanaf zaterdag 14 mei is op de derde verdieping van Centre Céramique in Maastricht de verzameling van Lange Lijs serviezen van Irene Keim te zien. Dit populaire blauw-wit gedecoreerde servies is een typisch voorbeeld van chinoiserie-keramiek. De aardewerktentoonstelling maakt deel uit van de cultuurhistorische presentaties die na de verbouwing van het afgelopen jaar op de derde en vierde verdieping van Centre Céramique ingericht zijn.

Lange Lijs centraal in Mosa’s populaire aardewerk

Chinees porselein was erg populair in de negentiende eeuw, maar duur. Mosa - toen nog eigendom van Louis Regout, een zoon van Petrus Regout - maakte een goedkopere versie. Het servies werd met name tussen 1895 en 1935 veelvuldig gefabriceerd en verkocht. In heel wat Limburgse gezinnen werd het servies op zondag op tafel gezet. De blauwe vrouwmotieven staan centraal in het, vooral in de 20ste eeuw, zeer populaire decor. Wie goed kijkt ziet door de schijnbare uniformiteit een enorme veelheid aan verschillende plant-, en bloemmotieven, die ieder serviesstuk toch weer anders lijken te maken. 

Serviezen van Irene Keim

Verzamelaar Irene Keim beleefde 20 jaar veel plezier aan het verzamelen, maar vooral ook aan het delen van haar ‘ontdekkingen’. Sinds 2007 houdt ze een weblog bij van haar speurtocht. Deze weblog is door middel van QR-codes in de expositie opgenomen. Enkele jaren geleden heeft Irene haar verzameling Lange Lijs serviezen aan Centre Céramique geschonken. De tentoonstelling is gemaakt op basis van haar schenking. Irene zelf vindt het een mooie gedachte dat haar Mosa servies nu weer ‘thuis’ is, waar het ooit werd gemaakt: in Maastricht. In de tentoonstelling zien bezoekers behalve de Lange Lijs-serviezen van Irene en medeverzamelaars ook antieke Mosa-prijslijsten en catalogi. Daarnaast worden er objecten van blik en emaille met hetzelfde decor gepresenteerd en zijn er enkele stillevens te zien van kunstenares Ingrid Smuling die zich ook door Lange Lijs liet inspireren.

 

Bron: website MOSA, Maastricht Porselein, Servies op Zolder, Mestreechtenere, Wikipedia Mosa, Kunstbus, Wikipedia Lange Lijs. Foto tegels zwart wit Geheugen Delpher, Foto's servies en kaft catalogus MOSA komen uit het Brock archief dat in 2010 werd ontsloten door het Centre Ceramique, mevr. I.Keim heeft er voor het eerst uitgebreid over geschreven in haar weblog 'Lange Lijs'.

Aonvaank