Kestiel Bethlehem

(Kasteel Bethlehem-Limmel)

 

Kasteel Bethlehem in Limmel

Het Huis te Limmel (Limale, Limmail, Lemal, Limmale)

Het kasteel bestaat uit vier vleugels om een vierkante binnenplaats. De oostvleugel wordt ingenomen door het vroeg-negentiende-eeuwse woonhuis en de aansluitende stal. De huidige toegang tot de voorburcht ligt aan de westzijde, de plaats waar ook de verdwenen voorburcht was gelegen.

Over het ontstaan van de naam Bethlehem doen meerdere verhalen de ronde, maar het meest waarschijnlijke is, dat de volksmond naast kasteel  Jerusalem, dat er tegenover ligt ook een Bethlehem wilde hebben. Aldus staat te lezen in Tastevin, orgaan van de studentenvereniging Amphitrion, verbonden aan de Hoger Hotelschool, die er nu kasteelheer is.

Onder de ca 20 kastelen of overblijfselen daarvan, die binnen de gemeentegrenzen van Maastricht te vinden zijn is Bethlehem een der oudste. De oorsprong van kasteel Bethlehem (Bethlehemweg 2, Limmel), aanvankelijk kasteel Limale of Limmel geheten, gaat terug tot de 13de eeuw. bij een beschrijving  namelijk van de slag van  Woeringen door Jan van Heelu ook geheten Jan van Leeuwen. Hertog Jan III van Brabant is met zijn leger  opgetrokken naar de Rijn waar de Keulse bisschop een tol heeft gesticht, waar de kooplieden last van ondervinden en ontmoet na de Maas gepasseerd te hebben eenen torre (lees kasteel in de vorm van een woontoren) die hij belegerde en verwoestte. ‘Deze Casteel heet Limale ’ en lag aan het ‘broec’, omgeven door een gracht. De pastoor van Limmel ontving van het kasteel 6 vat en 3 kop rogge.In de 14de eeuw kwam het in handen van de Duitse Orde, die haar hoofdzetel voor deze streken had bij Bilzen. die het begin 16de eeuw ingrijpend liet verbouwen en het de naam Bethlehem gaf. Het nu wit geschilderde kasteel bestaat uit vier vleugels om een binnenplaats met slanke achtzijdige traptoren en is toegankelijk via een stenen boogbrug aan de westzijde. De oudste delen van het grotendeels in mergel opgetrokken kasteel zijn laat-middeleeuws en 16de-eeuws. 

De Alde Biesen bij vele Maastrichtenaren welbekend. Limale werd Limmel, het Limmelerbroek ligt er nog steeds tussen het dorp en de Beatrixhaven en de slotgracht is de nu gekanaliseerde Kanjelbeek die over de Hotelschool-terreinen loopt en waarin de studenten de karpers vet mesten. De commandeurs van de Alde Biesen gebruikten het kasteel als buitenverblijf en in die periode duikt voor het eerst de naam Bethlehem op in een pachtakte van 1651 waarin de bijbehorende winning of boerderij wordt verpacht aan Peter Dolmans, welbekende naam in Limmel. In het kontrakt staat onder andere dat deze ieder jaar een “wijnvaert” moet doen naar de Rijn om voor de adellijke heren rijnwijn te halen. En op 1 oktober dient hij het hooi, geoogst op de kasteelweiden, naar Bilsen te brengen. Geleidelijk aan, tengevolge van de ongunst der tijden en niet het minst door de beruchte belegering van Maastricht door Parma in 1579, waarbij deze en passant Bethlehem verwoest, raakt het landgoed in verval en blijft er niet veel meer van over dan de pachthoeve. De herbouw onder landcommandeur Hendrik van Wassenaer, kort na 1700, was hoogst noodzakelijk.

In 1797 wordt het, als zovele goederen, door de Fransen geconfisqueerd en verkocht aan Louis Antoine Montainier, een betaalmeester van het leger die het naderhand weer verkoopt  aan een collega Béguin,, die naar later blijkt, de koopsom niet kan opbrengen. In de paar jaar dat hij er woont laat hij er echter een nieuw woonhuis bouwen, (in 1806-1807, wordt op de zuidoostzijde de zuidvleugel verbouwd tot een landhuis) dat hij ‘het paleis’ noemt., Aan de zuidzijde werd de gracht gedempt en een voorplein aangelegd. In 1860 werd dit herenhuisgedeelte vergroot en in eclectische stijl met driezijdig gesloten aanbouw en een breed overdekt bordes met balkon op gietijzeren Maastricht verbouwd, terwijl in 1862 aan de zijde van de binnenplaats een achtkantig torentje werd toegevoegd.'  Dan komt ’t complex in het bezit van ’n Familie Betonville uit Verviers,  die het weer overdoet aan de heer Gustave Stevens. Diens dochter, mevrouw Stevens-Regout werd de laatste bewoonster.

In 1935 is het dan gedaan met de glorie van het oude aristocratische Bethlehem. Het park wordt veranderd in een speeltuin met een dierenpark. Niet lang daarna krijgt ook het kasteel zelf een andere bestemming.

In 1941 wordt het een centrum van de Nationale Jeugdstorm. Als ook die tijd voorbij is, weet niemand goed wat er met Bethlehem gebeuren moet, totdat de Sphinx op het idee komt er Italiaanse fabrieksmeisjes in onder te brengen. Als de gebouwen dan helemaal uitgeleefd zijn, wordt het aangekocht door het stichtingsbestuur van de toen Middelbare Hotelschool, gevestigd aan de Maastrichter Boschstraat in Hotel de Levrier. In 1952 was daar het aantal leerlingen dermate gegroeid, dat men moest omzien naar een groter pand, voor school en internaat. Liefst niet in de stadskern omdat men de mogelijkheid tot sportbeoefening een wezenlijke voorwaarde achtte. Onderhandelingen vonden plaats over de aankoop van Kasteel Neercanne, toen nog geen restaurant, daarna van huize Marienwaard.

Het werd tenslotte Bethlehem dat in 1953 met park en omliggende weilanden werd aangekocht. Rest nog slechts een sterk vervallen gebouw. Het wordt verbouwd tot woongebouw voor studenten waarbij in eerste instantie alleen het voormalige ‘paleis’, de vleugel aan de parkzijde wordt gebruikt. Naarmate het aantal studenten groeit, worden alle vleugels één voor één gerestaureerd. de drie andere vleugels en de binnenplaats bleven nog enige jaren in huur bij twee boerengezinnen, die ter plaatse hun stiel bleven uitoefenen. De combinatie boerenbedrijf – Hogere Hotelschool, welke status de school intussen verworven heeft, is vanzelfsprekend niet de meest ideale. Het onderwijsministerie in Den Haag, in samenwerking met de Rijksgebouwendienst achtte de kasteelgebouwen ongeschikt om er een school in te vestigen. Maar zijn vonden een tegenstrever in directeur Theo Spronck en zijn bestuur, die van  mening waren, dat deze na gerestaureerd te zijn, als belangrijk element in de sfeer van het geheel dienden op genomen te worden. Niet zonder moeite kregen zij hun zin,. De bekende Maastrichtse architect Jean Huysmans wordt benaderd en in 1971 worden er diverse ingrepen gedaan aan de buitenkant van het kasteel. Ook het interieur van de drie schuur- en stalvleugels wordt aangepast waardoor er mensen kunnen verblijven en er hotelschoolfuncties kunnen worden ondergebracht. Het kasteel ondergaat verrassende veranderingen. In het woonhuis van de boer worden woon- en slaapvertrekken voor studenten gerealiseerd, de boterkelder wordt wijnproeflokaal en de hooizolder wordt omgetoverd tot bar. In de paardenstal komt een TV-zaal, de varkensstal wordt verbouwd tot keuken en in het voormalige koetshuis wordt een restaurant gevestigd.Deze situatie duurt tot midden jaren 80, waarna het complete kasteel wordt omgebouwd tot kantoorruimte. In 2008 verhuizen de docenten naar een nieuw kantoorgebouw en wordt een start gemaakt met het Teaching Hotel concept.

In 2010 is het zo ver: het Teaching Hotel opent zijn deuren. Château Bethlehem is verbouwd tot een indrukwekkend hotel met 26 kamers, een bar, restaurant (oude collegezaal) en diverse vergaderruimtes. In het restaurant is de plafondschildering van kunstenaar Daan Wildschut behouden. Authentieke elementen en moderne vormgeving gaan hand in hand en geven het Teaching Hotel een bijzondere sfeer. Heden en verleden zijn met elkaar verenigd en het kasteel is helemaal klaar voor een nieuwe periode in zijn geschiedenis.

Naam: Betlehem
Alternatieve benaming(en): Bethlehem, Limale,
Het Huis te Limmel (Limale, Limmail, Lemal, Limmale)

Adres: Betlehemweg 2, Maastricht
Bezoek: Nee

Omschrijving: (RCE) Kasteel Bethlehem, thans internationale hotelvakschool. Vier vleugels om een binnenplaats en op de noordoosthoek een ronde toren.

 XVI, XVIII en XIX. Inwendig een schouw uit 1707.

naor bove

Bron website: Hotelschool, Limburgse Kastelen, Wikipedia, Rijksmonumenten, DBNL Monumentale bomen

Bron: historisch Encyclopedie Maastricht, Dr.Pierre Ubachs/Drs.Ingrid Evers. ISBN 90.5730.399.X, Maastrichtse Monumenten Taal, Fons van Hees CZ uitgeverij  Corrie Zelen ISBN 90-6280-583-3

Foto’s John Kerkhofs (muv zwartwit), DBNL,

eine terök