Ome Rick

(Wie was Riek Lin)

Ome Riek, de man die twee keer leefde, (deel 1)

artikel auteur Dhr. Wil Lem in 2005 gepubliceerd in het blad 'St.Pieter Vroeger' en op 02-06-2007 in het Schoutambt en Heerlijkheid'. Waarvoor dank.

Tussen 1948 en 1961 woonde een bijzonder interessante man op de Sint-Pietersberg. Rick Linn, bij de wandelaars en zijn bezoekers beter bekend als "Ome Rick". Veel kranten en tijdschriften publiceerden artikelen over deze geleerde kluizenaar en hij vertelde zijn levensverhaal graag, waarbij zijn verhaal steeds fraaier werd en hij zijn eigen, enigszins verwarde mythe schiep.  In een artikel bij zijn overlijden werd Rick "de man die twee keer leefde" genoemd. En inderdaad, kan een mens, ook al wordt hij tachtig dit alles beleven?

Samengevat luidt zijn mythe als volgt:

Als directe afstammeling van de bekende Zweedse botanicus Karl Linnaeus (in Zweden in de adelstand verheven als Carl van Linné) werd Richard Henrik Linn op 16 januari 1877 in Schoonhoven geboren. Zijn voorvader Karl Linnaeus studeerde aan de universiteit van Harderwijk. Bij zijn terugkeer naar Zweden bleef zijn oudste zoon in Nederland achter en stichtte papierfabrieken in Uchelen en Beekbergen. Deze tak nam de afkorting van de naam Linnaeus, Linn, aan en stichtte het kasteel Linn bij Krefeld. Rick's ouders waren Boudewijn Linn en Emilie Constance Vreede. De overgrootmoeder van Emilie was een Markiezin de la Paix, een uit Frankrijk uitgeweken hugenote. Rick's vader bezat een gasfabriek met koalteerstokerij en een fabriek voor zwavelzure ammoniak. Rick volgde de 5-jarige HBS en studeerde in Amsterdam, Gouda en Utrecht. Vervolgens ging hij in militaire dienst waar hij na 6 maanden luitenant werd. Na zijn diensttijd, terug in de maatschappij, was hij een echte sportman.  In 1903 reed hij in een auto van Parijs naar Nice en deed in Scheveningen mee aan behendigheidswedstrijden op de motor. 

Voor zijn vader propageerde hij bij de boeren het gebruik van kunstmest in plaats van natuurmest. Naderhand werd hij een van de eerste autohandelaren in Nederland en vestigde garages in Arnhem, Amsterdam en Den Bosch. Toen hij geen concessie kon krijgen voor een gas- of elektriciteitscentrale trok hij zich uit zijn zaken terug en ging naar Noorwegen, het land van zijn voorouders. Hij studeerde aan de universiteit van Christiania ( het huidige Oslo) waar hij in 1915 zijn diploma's haalde in botanie en mijn- en landbouw. Om zijn studie te bekostigen gaf hij taallessen en ging op beren- en vossenjacht. De huiden verkocht hij aan een Rotterdamse firma. Van één berenhuid maakte hij eigenhandig een jas die hij in 1960 nog droeg. Daarnaast bekwaamde hij zich in de skisport en werd nationaal (Noors) kampioen op de lange afstand. In 1915 wist hij het hart van een beeldschone Noorse te veroveren. Hij voerde haar mee naar Zuid-Holland maar het meisje kreeg heimwee en op een morgen was de vogel gevlogen. Een jaar later (1916) trouwde hij met Emilie, de dochter van een Belgische cavalerie generaal Braco(n)nier die de eerste gouverneur-generaal van Belgisch Congo is geweest. Tijdens de eerste Wereldoorlog was de generaal naar Nederland uitgeweken. Rick was bijna 45 jaar getrouwd met Emilie. Het paar had veel vestigingsplaatsen maar werd vaak verdreven zoals b.v. uit de liefelijke omgeving van de Dikkenberg bij Renkum waar Rick zijn domein had op de Panorama hoeve die hij eigenhandig had gebouwd. Ook uit het Jagershuis bij Doorwerth, moest hij vertrekken in verband .met uitbreidingsplannen. Beroepshalve had Rick nogal wat functies. Hij was bedrijfsingenieur bij de Westlandse Elektriciteitcentrale en bij de autobanden fabriek HEVEA en verschillende landbouwbedrijven en weefgoederen fabrieken. In de jaren twintig vertrokken Rick en zijn gezin naar de landen rond de Middellandse Zee, waar hij op het eiland Sardinië regeringsopdrachten vervulde en waar hun zoon geboren werd. Door ziekte van zijn echtgenote was hij in 1930 genoodzaakt naar Nederland terug te keren.

Midden jaren dertig kocht Rick uit oude Amerikaanse legervoorraden een motorboot van 24 meter lang en bevoer met echtgenote, twee kinderen en een veestapel de Nederlandse wateren. Tijdens de oorlogsjaren had Rick het al gauw met de nazi's aan de stok. In 1943 beledigde hij een paar officieren. Toen deze Rick vroegen of hij in Den Haag een goed eethuis wist stuurde hij hen naar een bekend preparateur van dieren. Deze had voor zijn raam een bord staan met de tekst: "Hier voert men moffen". De Duitsers konden hier niet om lachen en Rick moest onderduiken. Hij kwam in Zuid-Limburg terecht waar hij een tijdje in de mergelgrotten leefde maar uiteindelijk een stukje grond pachtte in Scharn bij Maastricht. Zijn boot ruilde hij voor drie woonwagens die op zijn grond in Scharn een standplaats vonden. Hier installeerde hij zijn gezin en zijn boeken. Twee van deze woonwagens, de besten, werden door de Duitsers tijdens hun terugtocht in september 1944 geconfisqueerd. In 1948 moest Rick weer vertrekken en kwam hij met have en goed op de Sint-Pietersberg terecht. Eerst in het Caesterbos en vanaf 1951 op een door de ENCI ter beschikking gesteld stuk grond bij het Popelmondedal. Zijn echtgenote ging met hun jongste zoon in Borgharen wonen. De oudste zoon was inmiddels overleden. Op Sint-Pieter zette hij zijn liefhebberij voor honden voort. Hij fokte Russische wolven en poolhonden. Met deze hobby was hij in 1898 begonnen. In 1950 fokte hij verder met de vijfde generatie. Rond zijn behuizing liepen soms wel twintig honden in het rond. Als voeding kregen zij slachtafval dat Rick op de fiets bij het slachthuis haalde. Zijn woonwagen noemde hij Ski-Hoy want hij fantaseerde graag dat dit een wintersportcentrum werd. Hij wilde in het Popelmondedal een skischool vestigen. In een advertentie in de Nieuwe Limburger riep hij zelfs sollicitanten op als skileraren. Ervaring was geen probleem zodra er sneeuw zou liggen zou hij de leraren instrueren waarna zij hun vaardigheden op de leerlingen konden overbrengen. In 1951 heeft hij nog les gegeven. Of er ooit leerlingen zijn afgestudeerd is niet bekend. Hij zette vaker advertenties waarin hij conversatielessen in 10 talen aanbood in ruil voor licht kantoorwerk. Ome Rick ontwikkelde ook een aantal ideeën om het toerisme in Maastricht te bevorderen. Zo wilde hij achtereenvolgens de voorvaderlijke burcht uit Krefeld of het Linnaeushuis uit Zweden op kleinere schaal nabouwen of boven op de Duivelsgrot een op Sardinië voorkomend préhistorisch bouwwerk, een Nuraghi oprichten. AI deze ideeën waren bedoeld om het toerisme te stimuleren zouden door de overheid moeten worden gesubsidieerd met als leuke bijkomstigheid dat ze het gezin Linn een onderdak zouden verschaffen.

Als de Nuraghi op de heuvel boven de Duivelsgrot zou staan zou hij in de grot champignons en truffels gaan kweken. Hierover had hij al contacten met een Belgische kweker. Voor geen van deze plannen kreeg hij toestemming. Rick leefde schijnbaar onbezorgd verder met zijn boeken zijn honden zijn kippen en zijn geit Mekkie. Hij ontving gasten en vertelde en vertelde.... (foto rechts Wikipedia door Daniele Cogotzi)

Op 24 juni 1961 trof de politie, gewaarschuwd door verontrustte wandelaars, Rick Linn dood aan in zijn woonwagen, 84 jaar oud. Zijn woonwagen en bezittingen werden vrijwel onmiddellijk aan het vuur prijs gegeven om plundering door souvenirjagers te voorkomen. Nu is er niets meer van zijn bezittingen over. Wat zijn wij met deze snelle reactie opgeschoten?

Noa Bove

Links de door dhr Camille Oostwegel geplaatste foto op Facebook,

met de klok mee: Ome Riek met geit Mekkie, zijn woonwagen,

de honden en aan de studie.

Dhr. Oostwegel schrijft 'Hij vertelde mooie verhalen over zijn reizen en was volgens Nonk Jeu ook wel geleerd. Om hem te steunen kochten wij dan een ansichtkaart en kreeg hij een sigaar. Maar Ome Rick was ook een beetje doof en daarom schreef hij op de achterkant Tammiel ipv Camille ! Deze kaart is uit 1957'.

Ome Riek, mythe en werkelijkheid (deel 2)

Toen ik voor "Sint-Pieter vroeger en nu" een artikel schreef over Ome Rick, de overbekende kluizenaar van de Sint- Pietersberg dacht ik eerlijk gezegd dat het makkelijk zou zijn een verhaal te destilleren uit de diverse reportages die in de jaren vijftig van vorige eeuw in dag- en weekbladen waren verschenen. Maar niets was minder waar. AI snel bleek dat de verhalen die Rick had verteld niet klopten met de officiële gegevens. Zo zou hij bijna 41 jaar getrouwd zijn met de dochter van de Belgische generaal Bracon(n)ier, terwijl hij volgens de burgerlijke stand in 1916 in Den Haag was gehuwd met Flore Dirckx, geboren in Amsterdam. Dit vroeg om verder onderzoek naar de door Rick gedane verhalen. Gevonden feiten In de archieven in Gouda en Arnhem en met behulp van gegevens van particuliere onderzoekers hebben wij de levensloop van Rick als volgt kunnen reconstrueren. Rick (Richard Henrik) Linn is op 16 januari 1877 geboren in Schoonhoven waar zijn vader een gasfabriek bezat. Hij was het tiende van de twaalf kinderen van Boudewijn Linn en Emilie Constance Vreede. Van de twaalf kinderen stierven er vier op jonge leeftijd. Drie binnen één week. Rick was toen vier jaar. Op de jeugdige leeftijd van veertien jaar vertrok Rick alleen naar Amsterdam. Binnen een jaar kwam hij terug naar Schoonhoven om een paar maanden later, in1893 naar Gouda te vertrekken. In 1897 keerde Rick weer terug vanuit Utrecht. Zus Kitty (Catharina Maria Constancia) die wij later in Renkum terug zien, was ook reislustig. Zij was onderwijzeres en verbleef in Haarlem, 's Graveland, Brussel, Voorburg en Renkum. (Foto rechts geplaats op FB door Op de Beke).

Broer Pieter Hendrik vertrok in 1895 op tweeëntwintigjarige leeftijd naar Nederlands Indië. Op 11 mei 1898 verhuisde vader Boudewijn Linn met echtgenote Emilie en de drie nog thuis wonende kinderen waaronder Rick naar Renkum om er een nieuwe gasfabriek te bouwen. Boudewijn was toen 64 jaar. De bevolkingsregisters van Renkum zijn jammer genoeg tijdens de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan. De officiële sporen van de familie Linn in Renkum zijn dus grotendeels uitgewist. Toch vonden wij de familie terug in oude adresboeken van Renkum, krantenartikelen en rnondelinge overlevering. Zeker is dat de ouders van Rick tot 1914 in Renkum hebben gewoond. Terwijl Rick in 1910 in Renkum een garage had waar hij auto's verhuurde en dealer was van F.I.A.T. en ORYX auto's. Ook verhuurde en verkocht hij rijwielen. Hij adverteerde in de Oostebeeksche Courant (Advertentie links Oosterbeeksche Courant 26-03-1910) en dit blad weidde een redactioneel artikel aan de garage waarin rnen uitermate lovend was over het initiatief van Rick.In het adresboek van 1914/15 kwam de garage echter al niet meer voor. Rick is dan volgens eigen zeggen vertrokken naar Oslo om er te studeren maar, ...... aan de universiteit van Oslo was hij nooit ingeschreven!! Op 8 november 1916 vinden wij Rick terug in Den Haag waar hij in het huwelijk trad met Flore Jeanne Henriette Louise Dirckx. Flore was op 22 november 1891 geboren in Arnsterdam. (De huwelijksbijlagen die bij de trouwakte horen en meer gegevens bevatten zijn tijdens de oorlog verbrand). Het paar vestigde zich kennelijk in Amsterdam want op 11 augustus 1917 werd daar hun eerste kind Florus Richard geboren. Rick vermeldde dat hij in Bennebroek eigenhandig de Panoramahoeve had gebouwd. Jammer genoeg ontbreken ook hier weer bewijsstukken maar een aantal oudere dames (80+) wist zich te herinneren dat er ter plaatse van de Panoramahoeve vroeger een oud geitenboerderijtje is geweest waar ene Lynn of Lint met mogelijk een Franse vrouw had gewoond. Midden jaren twintig woonde er de familie Buitenhuis en alle bewoners na hen zijn bekend. Vreemd is dat in een kadastrale geschiedenis van het terrein van de latere Panoramahoeve in 1923 als eigenaresse van het terrein Flore Dirckx, weduwe van Richard Linn werd genoemd. Flore woonde toen volgens de akte in Doorwerth maar u raadt het al, de bevolkingsregisters van Doorwerth zijn tijdens de oorlog verbrand. Latere eigenaren hebben de geitenstal, die na het verlaten door Linn "wel een varkensstal leek", verbouwd tot het huidige pannenkoekenhuis. De hierop betrekking hebbende bouwvergunningen zijn er wel. Rick was er eigenlijk ook de man niet naar om zich met dergelijke burgerlijke zaken als vergunningen bezig te houden. Het Jagershuis in Doorwerth waar Rick ook nog gewoond zou hebben werd in 1919 door de familie Driessen gebouwd en tot aan de verwoesting tijdens de Tweede Wereldoorlog bewoond.  (foto Panoramahoeve website Panoramahoeve).

Een verbinding met Rick hebben wij (nog) niet kunnen vinden. In 1973 schreef Wes Beekhuizen zijn boek "Groen was mijn dorp" over de geschiedenis en de bewoners van Renkum. Ook Rick komt hierin voor. Als Wes het heeft over schooljuffrouw Kitty Linn (Kattespin) vertelt hij: " ... wat haar broer Richard uitvoerde heeft, dacht ik, niemand in ons dorp ooit precies geweten, want deze zonderlinge veertiger hield zich volledig buiten onze dorpsgemeenschap. Hij was een soort technicus die iets met machines en de in die dagen opkomende auto van doen had. Hij was ook de eerste die op een stoomfiets door ons oude dorp tufte". Rick droeg dan "een kuitbroek met sportkousen en een kroontje op zijn wat hoge pet" waardoor de jeugd in hem "een hoogst belangrijk personage" zag. Rick vertrok  volgens Wes Beekhuizen uit Renkum in 1940, na het overlijden van zus Kitty, waarmee hij samenwoonde. Wes Beekhuizen haalde ook nog kort het latere kluizenaarsbestaan van Rick op de Sint-Pietersberg aan. Over Garage Renkum en Ricks vrouw Flore en de twee kinderen werd met geen woord gerept!! In de jaren twintig moeten Rick en Flore enige tijd in Italië gewoond hebben want op 6 mei 1927 wordt in Iglesias op Sardinië zoon Boudewijn Emile Henri geboren. Flore vertrok alleen terug naar Den Haag en werd in 1929 ingeschreven in Voorburg. Een jaar later kwam ook Rick terug; het gezin was weer herenigd. Pas in 1943 vonden wij weer een vermelding toen Rick naar Heer verhuisde. Op 13 juni 1944 vestigde Flore zich in Maastricht waar Rick zich enkele dagen later bij haar voegde. Tot 1950 woonden zij in Maastricht waarna het paar verhuisde naar Borgharen. Pas op 14 april 1956 werd Rick weer in Maastricht ingeschreven als wonend in een woonwagen op de Sint-Pietersberg.  

Hier is het bevolkingsregister onjuist want er staan begin jaren vijftig al artikelen in kranten over Rick als de kluizenaar van de Sint-Pietersberg. Ook eerder in Heer woonde hij al in een woonwagen. Het bevolkingsregister is echter gebaseerd op door de burgers verstrekte gegevens. Kennelijk heeft Rick jaren in de woonwagen gewoond terwijl hij officieel bij echtgenote Flore in Borgharen verbleef. Pas in 1956, mogelijk naar aanleiding van de vele artikelen in de pers en de grotere bekendheid van zijn echte woonplaats, is de verhuizing en het wonen in een woonwagen op de Sint Pietersberg officieel vastgelegd.   

Afstamming: Volgens eigen zeggen stamde Rick rechtstreeks af van de bekende botanicus Karl Linneus. Karl had aan de universiteit van Harderwijk gestudeerd en bij zijn terugkeer naar Zweden zou een zoon in Harderwijk achtergebleven zijn. Linnaeus had eerder aan de universiteiten van Lund en Uppsala gestudeerd en verscheidene expedities naar Lapland ondernomen. Toen hij rond 1734 wilde trouwen met Sara Lisa Moraea en een gezin stichten moest hij een inkomen verwerven. Orn zich te vestigen als praktiserend geneesheer moest hij eerst afstuderen hetgeen in Zweden toen niet mogelijk was. Daarvoor kwam hij naar Nederland. Op 17 juni 1735 arriveerde Linnaeus in Harderwijk, liet er zijn proefschriftdrukken en vertrok zeven dagen later met de doctorsbul in zijn bagage.Linnaeus verbleef tot 1738 in Nederland voordat hij terugging naar Zweden om er te trouwen. Van een huwelijk en kinderen in Nederland is niets bekend. Mochten er al (onwettige) kinderen zijn dan dragen deze zeker niet de naam Linnaeus. In Zweden teruggekeerd trouwde Karl met zijn Sara Lisa. Van de kinderen van het echtpaar bereikten er vijf de volwassen leeftijd. Vier dochters en een zoon. De zoon stierf kort na zijn vader en was ongehuwd. Volgens de universiteit van Uppsala zijn er een kleine 200 nazaten van Linnaeus bekend maar alleen in de vrouwelijke lijn. Geen enkele draagt de adellijke titel von Linné. De verbinding die Rick aanhaalt met de roofridders in het kasteel Linn bij Crefeld moet, als hij er is, veel verder terug liggen in de geschiedenis en loopt dan zeker niet via Karl Linnaeus. De vader van Karl had de naam Linnaeus aangenomen toen hij voor predikant ging studeren. Rick's moeder, Emilie Constance Vreede zou afstamrnen van het Franse Hugenoten geslacht de la Paix. De relatie de la Paix - Vre(e)de is mooi gevonden, maar nergens werd bij ons, weliswaar beperkte, onderzoek een Hugenoten geslacht met die naam aangetroffen. Deze afstamming komt vrijwel zeker volledig uit de duim van Rick.

Opleiding: Rick vertelde uitvoerig over de door hem genoten opleidingen. Na de vijfjarige HBS studeerde hij in Amsterdam Gouda en Utrecht, waarna hij in 1895 in militaire dienst zou zijn gegaan. Later ging hij dan naar Cristiania, het huidige Oslo waar hij in 1915 in landen mijnbouw zou zijn afgestudeerd. Wij weten dat Rick in 1891/92 elf maanden in Amsterdam verbleef en tussen 28 februari 1893 en 15 november 1897 in Gouda en Utrecht. Mogelijk is hij in 1895 inderdaad vanuit Gouda in Utrecht zijn dienstplicht gaan vervullen. Een academische studie kan hij in deze periode niet afgerond hebben. Zeker is dat hij aan universiteit van Oslo niet ingeschreven is geweest. Ook hier heeft Rick weer geput uit zijn ongebreidelde fantasie.

Huwelijk: Volgens eigen zeggen zou Rick 41 jaar getrouwd zijn geweest met een dochter van de Belgische generaal Braconnier. De generaal, een voormalig gouverneur van Belgisch Congo, was tijdens de Eerste Wereldoorlog uitgeweken naar Nederland. Ook hier nam Rick het met de waarheid niet zo nauw. In werkelijkheid huwde hij op 8 november 1916 in Den Haag met Flore Jeanne Henriette Louise Dirckx. Flore was in 1891 in Amsterdarn geboren. Zij bleef tot aan zijn overlijden gehuwd rnet Rick maar zeker de laatste jaren woonden zij niet samen. Hij op de Sint Pietersberg en zij in Borgharen. Waarom Rick steeds de naam Braconnier vermeldde zullen wij wel nooit te weten komen. Wel was er een Belgische generaal Braconnier maar die werd in 1912 gepensioneerd. In Congo deed wel een andere Braconnier mee aan een expeditie naar de binnenlanden maar was net als de generaal geen gouverneur van die kolonie. Heeft Rick dit allemaal geweten en sprak het avontuurlijke hem aan? Of vond hij gewoon de naam Braconnier (= stroper) wel interessant? Zeker is dat het huwelijk met Flore officieel bijna 45 jaar heeft standgehouden, al werd Flore in begin jaren twintig bij het kadaster in Arnhem vermeid als Flore Dirckx, weduwe van Rick Linn. Werd hiermee misschien een onbestorven weduwschap bedoeld? Rick was toen mogelijk al in Italië en Flore moest voor haar vertrek de zaken afhandelen? Het paar heeft naderhand met zekerheid gewoond in Amsterdam, Sardinië, Voorburg, Heer, Maastricht en Borgharen. Rick kwam tijdens de Tweede Wereldoorlog naar het zuiden omdat hij moest onderduiken. Ook dit verhaal is twijfelachtig. Hij vestigde zich op 27 april 1943 aan de Akersteenweg in Heer en liet zich ook bij het bevolkingsregister inschrijven. Een vluchteling zou zeker een minder opvallende woonplaats hebben gekozen en afgezien hebben van de inschrijving. Na de oorlog koos Rick voor de eenzaamheid in zijn woonwagen op de Sint-Pietersberg. Of de echtelieden elkaar nog vaak zagen werd nergens vermeld. Vreemd is dat Flore nooit heeft gereageerd op het gebruik van de verkeerde naam terwijl geen enkele journalist ooit de moeite heeft genomen haar mening over het kluizenaarschap van Rick te vragen.  (foto rechts Generaal Charles-Marie Braconnier, hij was niet de schoonvader van Riek Wikipedia)   

Leven als een kluizenaar: Het eenzame leven als kluizenaar op de Sint-Pietersberg moet, zeker de laatste jaren van zijn leven minder idyllisch geweest zijn dan Rick in de interviews die hij gaf het liet voorkomen. Aanvankelijk had hij nog grootse plannen hij wilde van de Sint-Pietersberg een ski-oord maken. Hij plaatste zelfs advertenties voor skileraren. De bouw van een miniatuur van het Linnaeushuis of het kasteel Linn bij Krefeld of een Nuraghi zoals hij op Sardinië gezien had, alles hoorde wat hem betrof tot de mogelijkheden. In 1956 en 1957 plaatste hij in de Nieuwe Limburger advertenties voor een architect en een  kantoormedewerkster. Betaling kon geschieden in taallessen in 10 West-Europese talen. Ook wilde Rick in de Duivelsgrot champignons en truffels kweken. Contacten met een champignonkweker uit Kanne had hij al gelegd. Rick werd in de jaren vijftig een cultfiguur en de pers stortte zich op hem. Hij was altijd wel goed voor een aantal pittige uitspraken en goede verhalen. Rick vergat alleen dat hij in een natuurgebied woonde waar zijn aanwezigheid gedoogd werd. AI zijn grootse plannen waren een aantasting van de natuur, die hij zelf zo graag wilde beschermen, en gedoemd op niets uit te lopen. Langzamerhand raakte Rick uitgeblust. Hij kon zichzelf en zijn dieren niet meer goed verzorgen. Steeds vaker moesten burgers te hulp schieten en slachtafval voor de honden en levensrniddelen voor  Rick halen. Eigenlijk was er een noodsituatie ontstaan. De woonwagen was totaal uitgeleefd en Rick leefde een erbarmelijk bestaan. Opname in een bejaardentehuis of verpleeg kliniek was voor Rick onbespreekbaar. Op 24 juni 1961 werd Rick dood aangetroffen in zijn woonwagen. 

Mochten de lezers meer informatie kunnen verstrekken dan kunt u contact opnemen met de auteur dhr. Wil Lem via dit mailadres (klikken aub)

Onze dank gaat uit naar Geert Maassen van het Gelders Archief in Arnhem en Cor Janse publicist en amateur historicus in Rheden en Hakon Korsvold van de universiteit van Oslo voor hun hulp bij ons onderzoek en het ter beschikking stellen van materiaal.

Links de door Roland Meerten geplaatste foto op

 facebook van Riek Lin, 'Ome Rick' met zijn woonwagen.

Bronnen: artikel geschreven door dhr.Wil Lem, Foto Ome Rick collectie dhr. Wil Lem, foto Nuraghi Wikipedia, foto ansichtkaart Camile Oostwegel, foto Ome Rick zittend FB dhr/mevr. Op de Beke, foto Panoramahoev collectie dhr. Wil Lem en website Panoramahoeve, foto Generaal Charles-Marie Braconnier Wikipedia, foto Riek Lin met zijn woonwagen FB Roland Meerten.

Noa Bove

 

Aonvaank