Stökskes vaan de Brögk

De Brugleuning in stukken en beetjes

 

Tegenwoordig zijn alle Mestreechtenere apentrots op de Servaasbrug, 'de Aw'. De brug is zo beeldbepalend voor de stad dat de VVV ze als logo heeft gekozen.

Dat is niet altijd zo geweest. In de twintiger jaren van de vorige eeuw werd er regelmatig geklaagd over de oude brug, die toen nog geen naam had (ze heet pas Servaasbrug sinds 1932). De brug vormde toen nog de enige oeververbinding  tussen de beide delen van Maastricht. Al het verkeer van de stad, auto's, bussen, trams, paarden en wagen, fietsers, motorrijders, voetgangers, ging over die ene brug.

In 1926 vonden gemeenteraad en college, burgemeester van Oppen voorop, dat het maar eens afgelopen moest zijn. De oude brug was te smal, verkeerde in slechte staat, en het werd tijd voor een nieuwe, mooie en moderne oeververbinding. De oude brug kon dus wel afgebroken worden. Op 10 mei 1926 stemde de gemeenteraad van Maastricht in meerderheid vóór afbraak van de oude brug. Rijkswaterstaat van zijn kant had al lang plannen klaarliggen voor een moderne ijzeren overspanning. Het lot leek dus beklonken voor de oude brug.

Maar toen de gemeenteraad de sloop van de oude brug had goedgekeurd, werden de Maastrichtenaren opeens wakker. Er rees in heel de stad heftig protest, de pers maakte zich van de zaak meester, er werd een comité opgericht, er werden brieven gestuurd naar de koningin, en zelfs de ministers gingen zich ermee bemoeien. Uiteindelijk keerde het tij en werd besloten tot behoud en restauratie van de oude brug én tot de bouw van een nieuwe brug, de toekomstige Wilhelminabrug.

De oude brug zou dus gerestaureerd worden. Althans, wat Rijkswaterstaat toen "restauratie" noemde. In feite is de oude brug volledig afgebroken (de eeuwenoude bogen werden zelfs met dynamiet opgeblazen) en in gewapend beton herbouwd! Voor de scheepvaart, want dat was de harde eis van Rijkswaterstaat, werd een ijzeren boog geconstrueerd. Bij die gelegenheid werd ook de gietijzeren leuning van de brug gedemonteerd. Wie zijn ogen goed de kost geeft, kan her en der in de stad nog delen van aantreffen.

Een stuk staat voor de speelplaats van de Openbare School in de Begijnenstraat. Twee grote stukken vindt men op de Kommel en op de hoek van de Abtstraat tegenover het voormalige gebouw van de Sociale Dienst. Een kleiner stuk staat in de verwerhoek. Op de Ezelmarkt stond ook nog een stuk, maar dat heeft moeten plaatsmaken voor... de Ezel.

Calvariestraat

De Begijnstraat

 

Naor Bove Bron: De Limburger, archiefsprokkels RHCL Regis de la Haye, Foto: Mestreechter Steerke, zwartwit foto:Internet.

eine terök